Term | Betekenis |
---|---|
vattelik |
vattelik vatbaar (voor ziekten): W. (Rtm.; Ok.); Z.B. (Wmd.); zie:
|
vazzig | vazzig vadzig lui: Z.B. (Ha.; Hkz.; Hdk.; Ovz.; Hrh.; Kpl.; Kn.; Ier.; Wmd.); N.B. (Kg.); T. (Mtd.); Sch.-D Z.V W. (Gde.; Rtc.; Adb.); G. (Gdr); Ofl. (Mdh.; Smd.; Dl.); ook vassig: Adb. |
vêêgmol |
vêêgmol veenmol (Gryllotalpa vulg.): W. (Dob.); Z.B. (Hkz.; Hdk.; Kpl; Kn.; ler.); T. (Mtd.; Po.); Sch. (Zr.; Serk.; Elm.); Z.V.W. (Cz.; Sdk.; Zdz.; Bvt.; Rtc.); L.v.Ax.
|
veegmololie | veegmololie veenmol op olie gezet werd als geneesmiddel gebruikt tegen spierverrekking verstuiking: geg. d. L.v.Ax. |